Een test, maar waarvan eigenlijk?
Koud was het gisteren. Maar het was droog, er leek zelfs een flauw zonnetje door te breken en het was windstil. Dacht ik. Ik ging dus fietsen.
Nou had ik afgelopen zaterdag ook al een klein rondje gefietst, dus ik verzon een test: ik zou precies hetzelfde rondje fietsen als zaterdag en zou de verschillen meten. Met Strava. Uiteraard wilde ik gisteren sneller zijn dan zaterdag.
Het is een simpel rondje: heen en weer naar Hoek van Holland, via de duinen, met een ommetje langs ‘s-Gravenzande. 30 kilometer slechts, een uurtje rijden. Onderweg twee hinderlijke verkeerslichten: één bij Hoek van Holland, en één bij Kijkduin. Potentieel dodelijk voor de gemiddelde snelheid. Zaterdag had ik flink oponthoud bij het eerste en toevallig groen bij het tweede.
De weersomstandigheden waren vrijwel identiek, al was het gisteren een paar graden kouder dan zaterdag en stond er een onverwacht sterker zeewindje uit ZZW dan twee dagen eerder. Bij Monster was ik al bekaf van die tegenwind, maar ik ging door, het vooruitzicht van windje mee op de terugweg maakte me nog niet geheel kansloos, al schatte ik mijn achterstand op het schema van zaterdag op meer dan een minuut, misschien wel twee.
Het verkeerslicht bij Hoek van Holland, daar kon ik tijd winnen, bedacht ik. En dat klopte. Het was rustig op de weg en ik reed daar gewoon door rood. Daarna had ik windje mee en probeerde ik mijn haperende kilometerteller (wat had dat ding vandaag?) op minstens 35 km/h te houden. Althans op het duinpad naar Kijkduin. Dat lukte (PR op Strava!), en ik voelde dat ik mijn tijd van zaterdag kon verbeteren.
Het verkeerslicht bij Kijkduin op de altijd drukke kruising moest met ware doodsverachting worden genomen. Althans, dat was het plan, maar daar aangekomen bleek dat ik me voor niks had druk gemaakt. Een fietser voor me had al op het knopje gedrukt, ik kon dus gewoon doorscheuren. Mijn gebruikelijke uitbollen in de laatste kilometers liet ik voor wat het was en ik ging zo vol mogelijk door. Op de verkeerslichtloze kruising met de Laan van Meerdervoort werd ik nog bijna geschept door een niet oplettende en bellende (!) automobilist, en toen was ik thuis. Met een hoge hartslag. Telefoon uit mijn achterzak gewurmd en op de stopknop gedrukt. Ongeveer precies een minuut sneller dan zaterdag.
Tijdens het uitzweten binnen besefte ik dat het hele plan volkomen geschift was geweest. Want wat had ik nou uiteindelijk getest? Strava niet, die deed zijn werk prima: identieke route-statistieken. En een vergelijking met mijn haperende fietscomputer was onmogelijk. Natuurlijk, ik had mijzelf getest. Ik was na een zwaar stukje wind tegen in staat geweest om op de terugweg vol door te gaan. Maar ach, een echte conditietest was het natuurlijk niet, daarvoor was het rondje eenvoudigweg te kort. Een uurtje fietsen maar.
Het enige dat ik werkelijk had getest was het effect van de vertraging bij het Hoekse verkeerslicht. Eén minuut. En de rest was onzin.
Volgende keer gewoon weer een intervaltraining.
Jezelf testen is altijd lastig. De omstandigheden zijn namelijk nooit gelijk. ik ga zelf altijd maar op mijn gevoel af. Als ik mij beter voel dan de vorige keer, dan heb ik het 'goed' gedaan. 😉
Groeten uit Sneek, dzjiedzjee.blogspot.com