Angst en beven
Met zwart SA/CB-shirt, grijze Storck en donkergrijze wolken, ergens in de Eifel |
Afgelopen weekend heb ik drie dagen in de Eifel gefietst. Dat tripje kan ik op twee manieren evalueren. Enerzijds (en ten voornaamste) heel positief. Het was een aangename viering van het 25-jarige bestaan van het kleine fietscollectief SA/CB, een clubje waarvan de leden inmiddels al ruimschoots de 50 zijn gepasseerd. De zon scheen, het hoosde van de regen, het bier vloeide rijkelijk, de hotelontbijten waren vorstelijk en het geouwehoer was weer slap.
Tussendoor werd gefietst. Bij elkaar 370 kilometer en ruim 5000 hoogtemeters. En dat brengt me bij het anderzijds. Want ging het goed? Mwah, kon minder, kon beter.
Kon beter. Vooral met het oog op mijn aanstaande weekje fietsen in de Franse Alpen. Het is het oude liedje: als het langdurig (enkele kilometers) met meer dan 7% omhoog gaat, mis ik de kracht en conditie om soepel door te blijven malen. Dan wordt het werken, harken. Boven de 10% wordt het zwoegen.
In anderhalve week is dat niet meer bij te spijkeren. Ik moet het er dus mee doen.
En mijn rug geeft geen problemen. En ik heb er zin an. Ondanks de angst en het beven.