Hé, een ree!
(Erge bergen 45: Colle del Melogno)
We zijn op vakantie en ik heb mijn fiets meegenomen. In de eerste week verblijven we in Ligurië, op een agriturismo annex camping in het midden van het niets, op 450 meter hoogte, met een geweldig uitzicht over de Middellandse Zee in de verte.
Ik heb van te voren thuis al de kaart bestudeerd. Er is een col in de buurt. Die wil ik op fietsen. Altijd leuk, een col.
De Colle del Melogno ligt ten noordwesten van Finale Ligure, een badplaats ten zuidwesten van Savona. Tweemaal werd de col opgenomen in het parkoers van de Giro. Er kleeft dus een beetje wielerhistorie aan de col.
De beklimming start in Finale Ligure en voert in 16 kilometer naar 1028 meter. Het eerste stuk is vervelend, want druk met autoverkeer op weg naar de snelwegoprit. Maar na deze afslag wordt het rustig op de weg. Het is half zes ’s avonds en nog warm van de dag. De weg voert bijna constant met 6-7% omhoog, met een paar korte uitschieters naar boven. De uitzichten zijn fraai, het asfalt is onberispelijk en nergens heb ik het moeilijk. Rustig hijgend maal ik omhoog.
Op 400 meter hoogte merk ik dat er iemand achter me fietst. Ik kijk om en zie een jonge vrouw naderen. Veel harder dan ik gaat ze niet dus het duurt een tijdje voor ze me passeert. “Ciao!”
Ik probeer aan te klampen, maar ze zet aan. Langzaam rijdt ze van me weg. Die zie ik boven wel, denk ik. Maar twee bochten later rijdt ze me weer tegemoet. Huh? Heeft de col blijkbaar als training slechts half gedaan, zo verzin ik. Ik kan namelijk geen enkele reden bedenken om niet helemaal naar boven te fietsen.
Ik rij weer alleen. De rust wordt op een gegeven moment alleen verstoord door een ree die tien meter voor me van links naar rechts de weg oversteekt en soepel het steile struikgewas rechts van de weg inspringt. Mooi.
Boven op de col bevindt zich een oud fort. De weg voert er onderdoor.
Het restaurant aan de andere kant van het fort heeft ooit betere tijden gekend. Gesloten. Het staat er wat vervallen en treurig bij. De koude cola die ik hier als beloning in gedachten had, zit er dus niet in.
Ik keer om en daal af. Het is een schitterende afdaling. Het asfalt is zoals gezegd bijna perfect en de bochten zijn vrijwel allemaal overzichtelijk en nergens gevaarlijk. Ik suis terug, neem de afslag naar Calice Ligure en klim vervolgens terug naar Rialto. De zon staat inmiddels laag en geeft het landschap schitterende zachte kleuren.
Een paar dagen later beklim ik de col nog een keer, maar nu neem ik de ‘witte’ weg vanaf Calice Ligure. Deze oostelijke beklimming is zwaarder want in de eerste kilometers veel steiler dan de klim vanuit Finale Ligure. Het gaat met 9-10% omhoog over matig tot slecht asfalt. Het is warm en zo goed en zo kwaad als het gaat zoek ik de schaduw van de bomen op. Dat lukt redelijk, want ik heb de weg helemaal voor mezelf. De laatste kilometers zijn een makkie.
Op de top van de col, voor het vervallen restaurant, staat een mobiele koffiebar. Een bestelwagen met een mannetje met koffiemachine, een koelkast en wat Italiaanse zoete en hartige lekkernijen. Een paar motorrijders staan koffie te drinken. Ik neem een ijskoude cola. Nu wel.
Dan suis ik via het fort weer naar beneden.