Fietslandschappen 9: Zuid-Limburg
Elke Nederlandse fietser heeft wel eens in Zuid-Limburg gefietst. Al dan niet geïnspireerd door tv-beelden van de Amstel Gold Race of de Wereldkampioenschappen wielrennen in Valkenburg.
Het Limburgse heuvelland leent zich uitstekend voor mooie fietstochten. Het golvende landschap is prachtig, de wegen uitstekend, het bier en de vlaai overheerlijk en de beklimmingen vanuit de beekdalen weliswaar soms hevig, maar te kort om heel erg moe van te worden. Bovendien is het in Zuid-Limburg altijd net een paar graden warmer dan in de rest van het land. In het voorjaar is het er al snel aangenaam.
Het landschap is afwisselend: bossen, weilanden, akkers, een enkele boomgaard. De glooiingen geven het landschap bovendien telkens een ander perspectief en de zon en de wolken voorzien het uitzicht van een telkens verschietende kleur. Daarbij heeft elk jaargetijde zijn eigen charme.
Toch is het voor de fietser niet overal en altijd feest in Zuid-Limburg. Enkele waarschuwingen zijn hier op zijn plaats. Ten eerste: fiets met een ruime boog om Valkenburg heen. Het is een te mijden oord. Veel te druk. Joost mag weten waarom dat zo is. Dat heeft – ten tweede – als handig bijkomend voordeel dat de Cauberg wordt gemeden. Een klim van niks, over een veel te drukke weg, door een lelijk, nietszeggend landschap. Ten derde: fiets niet in of na een regenbui. Althans als je je fiets, zijn draaiende onderdelen en je benen en billen niet aan de taaie geelbruine mergeldrek wil blootstellen. En tenslotte: mijd het weekend. Te druk.
Nee, kies een zonnige doordeweekse dag, en fiets van Epen naar Vaals, over de Camerig en door het Vijlenerbos. Of – geheime tip – van Eys naar Schin op Geul, via de Eyserbosweg (even doorbijten!), door Elkenrade en over de schitterende Fromberg. En geniet.
****
(Verschenen in Geografie 26/3, maart 2017)