Witte wegen
Wie kent ze niet van de televisie, de ‘strade bianche’? Vandaag probeerde ik ze even uit. Dat viel niet mee.
We vertrokken vanuit Siena in zuidelijke richting en volgden de eerste kilometers de drukke Via Cassia Sud. Toen we die verlieten, werden we geconfronteerd met de eerste stroken onverharde witte wegen. De wegen waren wit, de velden en heuvels waren felgroen en de hemel was blauw met wolken. Het was schitterend.
Totdat de onverharde weg onheilspellend begon te stijgen, en wel dusdanig steil werd dat ik al snel naar mijn allerkleinste versnelling zocht. Staan op de pedalen was onmogelijk. Het laveren langs alle kuilen en losliggend grind was extra vermoeiend. Toen ik eindelijk boven was, concludeerde ik dat mijn benen niet bepaald in beste vorm verkeerden. Die conclusie trok ik tijdens een hevige kriebelhoestbui. Het was ontluisterend.
Op deze plek mag ik ook graag wijzen op twee andere nadelen van de witte wegen. Ten eerste de vele ribbels die zich overlangs op het rijspoor bevinden, waardoor de fietser genoodzaakt is om midden op het pad te rijden. Ten tweede zijn de afdalingen risicovol. Dit vanwege diezelfde ribbels, kuilen, hobbels en losliggend gravel. Vooral als het steil naar beneden gaat is het oppassen. Op de minder steile stukken kun je wel heerlijk je fiets laten gaan.
Een laatste nadeel van de strade bianche: na een paar kilometer fietsen is je fiets helemaal grijs van het stof. Nog een geluk dat het droog was.
Maar laat ik hier benadrukken dat dit alles meer dan volledig wordt gecompenseerd door het geweldige Toscaanse landschap en zijn adembenemende uitzichten: de felgroene heuvels, de donkergroene cipressengalerijen en de prachtige wolkenluchten. En het aardige Buonconvento, waar we even stopten voor een heerlijk bordje pici.
De tweede klim van de dag was langer en hoger. Maar met slechts een paar steilere stukken kwam ik steeds beter in mijn ritme.
En toen waren we opeens op onze plaats van bestemming. Het was een kort ritje maar een prachtige dag.
Ik herinner me een filmpje waar Annemiek van Vleuten van de fiets moest op zo’n steile witte weg, toen pas realiseerde ik mij dat het daar niet erg vlak is.