Dood na een gemist PR
Het was een zwoele zomeravond en ik ging een rondje fietsen. De benen waren goed, er stond nauwelijks wind en ik kon lekker doorfietsen. Ik fietste een rondje van 50 kilometer met een gemiddelde 30,3 km/u. Vrijwel achteloos. Dat stemde tot tevredenheid.
Thuisgekomen meldde Strava mij zelfs dat ik op een bepaald segment de vierde tijd van iedereen ooit had gerealiseerd. Huh?
Ik bekeek het segment en zag dat het segment een rondje van 17 kilometer betrof dat ik die avond bij toeval had gereden. Iemand had blijkbaar ooit dat rare lange segment in Strava aangemaakt, maar veel fietsers hadden het nog niet gereden. Vandaar mijn vierde plaats.
Conform mijn gemiddelde snelheid van die avond had ik het rondje met een gemiddelde snelheid van 30,3 km/u afgelegd. Tijd: 34:05. Ik bleef daarmee steken op 1 seconde van nummer 3 en op 17 seconden van nummer 2 in de ranglijst. De tijd van de KOM lag op 32:10 (gemiddelde snelheid 32,1). Niet onbereikbaar, concludeerde ik, al realiseerde ik mij dat om met een gemiddelde van 32 te fietsen de kruissnelheid al gauw op 36 behoort te liggen. En dat is voor een ouwe kerel zoals ik in zijn eentje niet eenvoudig.
Het is ruim anderhalve maand later. Het is maandagochtend. Ik heb mijn zinnen gezet op een pr op bovenbedoeld maar niet nader aan te duiden segment (zoek het zelf maar uit). Een pr betekent immers minstens een derde en mogelijk een tweede plaats in het segmentklassement. Ver in mijn achterhoofd, diep verstopt in mijn fantasierijke gedachten, gonst een KOM.
Ik stap op de fiets en weet na een paar kilometers: dat wordt geen KOM vandaag. Kansloos. De benen voelen niet optimaal en er staat een klein maar gemeen noordoostenwindje. Mijn tactiek is niettemin als volgt: de eerste helft van het rondje (nou ja rondje, het is eerder een raar gevormde rechthoek) wil ik met tegenwind tegen de 30 km/u rijden. Op de terugweg, met de wind in de rug moet 35-36 toch haalbaar zijn? Het laatste stukje, opnieuw met wind tegen, moet gewoon zo hard mogelijk.
Als ik het segment nader – ik rij nog niet voluit – zie ik op mijn fietscomputer echter dat ik met tegenwind 27 km/u rij en dat mijn hartslag inmiddels al op de 162 ligt. Dat laatste biedt dus weinig ruimte.
Ach, om een lang verhaal kort te maken, de eerste helft van het rondje rij ik me met een kruissnelheid van 29-30 km/u helemaal leeg tegen de wind (hartslag 181), waardoor ik op de terugweg met geen mogelijkheid de gewenste 35 km/u benader. Waar ik had verwacht te herstellen blijf ik hangen op een magere 32 km/u. Op het laatste stuk, de wind staat hier schuin tegen, krijg ik mijn benen niet meer fatsoenlijk rond en hark ik hijgend, rochelend en kreunend naar de eindstreep van het segment. Het is een beetje zielig.
Ik ben helemaal leeg en fiets in een bedroevend tempo tegen diezelfde wind de laatste 16 kilometer terug naar huis. Teleurgesteld maar toch benieuwd.
Maar Strava is onverbiddelijk: 34:06.
34:06! Eén seconde van mijn pr verwijderd en drie seconden van de derde plaats.
Had ik drie seconden sneller kunnen rijden? Vast. Maar waar? Bij alle gevaarlijke en mogelijk vertragende kruisingen en bochten kon ik gewoon doorrijden en werd ik niet gehinderd door overig verkeer. Was ik toch te voorzichtig in de bochten? Was het de wind? Of waren de benen gewoon niet goed genoeg? Is het de herfst? Had ik me het laatste stuk misschien helemaal kapot moeten rijden?
Hoe het ook zij, vanaf vandaag ben ik een man met een doel. De snelste zijn van afgelopen jaar en de snelste zijn van mijn leeftijdsklasse is niet genoeg. Ik wil meer.